1. Je kinderen leren door voorbeeld, niet door wat je tegen ze zegt. Ben jij het beste

voorbeeld?

Kinderen zijn de spiegels van jou als ouder. Iedereen wordt gevormd genetisch en door hun

omgeving. Met name omgeving bepaald wat jij, en dus ook je kind, doet.

Bedenk wat zou jij willen voor je kind(eren). Iedereen wil het beste voor zijn kinderen. Alles

wat je doet, doe je met de beste intenties. Je doet het dus altijd goed.

Je kan niet meer doen dan dat wat je weet. Nu wil ik je graag helpen om meer

bewustwording te krijgen in jou als persoon. Wanneer je bewust wordt van jezelf wat je voor

je kind wilt op het gebied van zelfliefde, relaties, gezondheid, levensstijl. Wat doe jij

daarvan? We willen allemaal dat onze kinderen gelukkig zijn, genieten van het leven,

succesvol zijn. In hoeverre laat jij dat zien? Ben jij intens gelukkig? Voel jij liefde voor jezelf?

Je kan alleen geven wie jij bent en wat jij doet voor jezelf.

Heb jij nu gevoelens van je niet goed genoeg voelen. Neem dat jezelf niet kwalijk. Zie dat als

een win. Door bewust te worden dat je deze gevoelens ervaart kun je ze veranderen. En je

hoeft het niet alleen te doen.

2. Kinderen voelen intuïtief waar jij zit. Wat jij uitstraalt is waar zij op reageren.

Wanneer jij een gevoel hebt van druk, druk, druk te zijn. Geen tijd, altijd bezig. Geen ‘oprechte’ aandacht

voor je kinderen, dan zul je waarschijnlijk ervaren dat je kinderen veelal niet meewerken.

Maken een constante troep, voelt als dweilen met de kraan open. Zijn brutaal, vermoeiend.

Constant mama roepen. Geen moment rust voor jezelf. Herkenbaar?

Zie je kind. Iedereen wil zich gezien en gehoord worden. Kijk naar wat het kind doet, luister

naar je kind. En dan echt luisteren. Neem tijd voor je kind. Quality time. Je kind is het waard

om tijd in te investeren. En die investering komt altijd naar je terug. Je kind wil enkel jouw

liefde en vertrouwen. En bovenal maak heel veel plezier samen.

Beloon goed gedrag. Dat kan met een compliment. Beloon waar je meer van wilt. Zie het

goede al is het nog zo klein. Een lach op het gezicht van je kind. Zie die lach.

3. School. Kennis die je opdoet op school is goed.

Het is belangrijk dat leert. Het enige wat school ook doet is kijken waar het kind op uitvalt. De focus ligt met name op wat het kind ‘niet’ kan. Door te focussen wat het kind nog ‘moet’ leren, voelt het kind zich niet gezien.

Iedereen is goed en perfect. Kijk vooral naar wat het kind wel kan en waar zijn of haar

interesses liggen. Where the focus goes, the energy flows. Je kind zal veel blijer worden en

zich goed voelen als de aandacht ligt waar zij goed in zijn.

4. Je kinderen leren door fouten te maken.

Wanneer je een kind straft op hetgeen zij niet goed hebben gedaan, de fout die ze gemaakt hebben. Straf geeft een littekentje op hun eigenwaarde. Kinderen leren enkel door fouten te maken. Je mag fouten omarmen. Fouten

zijn geen fouten, het zijn lessen. Lessen maken dat je gaat bedenken hoe je het de volgende

keer anders kan doen. Kinderen hebben de ruimte nodig om te kunnen leren.

5. Wat je ziet is wat je ervaart.

Zie jij rommel? Of zie jij dat jouw kinderen fantastisch gespeeld hebben? Toen jij nog een kind was, ruimde jij altijd alles op? Waarschijnlijk zeiden je ouders exact hetzelfde als dat jij dat nu doet tegen jouw kinderen? En werkte het? Je kan er anders naar kijken. Wees blij dat ze er een troep van maken. Zie de troep als de liefde die je voor ze

hebt. Ruim zelf of samen met je kinderen de troep op, op een manier dat leuk is en vol

liefde.

Yvonne